
Jurisprudentie
BB1893
Datum uitspraak2007-03-21
Datum gepubliceerd2007-08-16
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRechtbank Alkmaar
Zaaknummers197699 CV EXPL 05-4830
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton
Datum gepubliceerd2007-08-16
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRechtbank Alkmaar
Zaaknummers197699 CV EXPL 05-4830
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton
Indicatie
Hoger beroep van tussenvonnis. De Kantonrechter: "Ook na uitspraak kan de rechter desgevraagd alsnog bepalen dat beroep tegen tussenvonnis kan worden ingesteld, mits het beroep binnen beroepstermijn is gedaan." Geen sprake van onredelijke vertraging van het geding.
Uitspraak
RECHTBANK ALKMAAR
Sector Kanton
Locatie Alkmaar
Zaaknr/rolnr.: 197.699-05-4830 (H.K.)
Uitspraakdatum: 21 maart 2007
Vonnis in de zaak van:
[eiser]wonende te Castricum
eisende partij
verder ook te noemen:[eiser]
gemachtigde: voorheen mr. W.H. Rypkema, thans mr. D.A.W. van Dijk, advocaat te Amsterdam
tegen
[gedaagde], wonende te Limmen, gemeente Castricum
gedaagde partij
verder ook te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. F.E. Boonstra, advocaat te Leiden.
1. Het tussenvonnis
In deze zaak is op 3 januari 2007 een tussenvonnis gewezen, waarvan de inhoud als hier ingevoegd en overgenomen wordt beschouwd.
2. De verdere beoordeling
Ter voldoening aan voormeld tussenvonnis hebben beide partijen een akte benoeming deskundige genomen.
Hierna heeft [gedaagde] bij brief van 7 maart 2007 aangekondigd in appel te gaan tegen voormeld tussenvonnis.
Eiser heeft hierop gereageerd bij brief van 9 maart 2007.
De inhoud van de processtukken geldt als hier ingelast.
Ten slotte is heden andermaal vonnis bepaald.
3. De verdere beoordeling van het geschil
3.1 Bij voormelde brief van 7 maart 2007 heeft de gemachtigde van [gedaagde] aangekondigd dat hij op de rolzitting van 28 maart 2007 schorsing van de procedure zal gaan verzoeken, omdat appel zal worden ingesteld tegen voormeld tussenvonnis.
3.2[eiser] heeft tegen dit verzoek verweer gevoerd.
3.3 De brief van [gedaagde] van 7 maart 2007 wordt opgevat als een verzoek aan de kantonrechter om alsnog hoger beroep toe te laten tegen voormeld tussenvonnis.
Een dergelijk verzoek is mogelijk, zoals blijkt uit het arrest van de Hoge Raad van 23 januari 2004 [RvdW 2004, 20], waarin de Hoge Raad heeft aangenomen dat de rechter ook na de uitspraak desverzocht alsnog kan bepalen dat beroep tegen een tussenvonnis kan worden ingesteld voor de einduitspraak, mits het beroep binnen de beroepstermijn is gedaan.
3.4 Met betrekking tot het belang van [gedaagde] om hoger beroep tegen voornoemd tussenvonnis in te stellen, wordt het volgende overwogen.
In overweging sub 7 van voormeld tussenvonnis is met zoveel woorden een beslissing genomen omtrent de aansprakelijkheid van [gedaagde] ten aanzien van de door de ontruiming veroorzaakte schade van[eiser].
Niet valt in te zien dat het openstellen van hoger beroep tegen een zo wezenlijke eindbeslissing, als het vaststellen van de hiervoor genoemde aansprakelijkheid, tot een onredelijke vertraging van het geding kan leiden, zoals[eiser] betoogt.
Het verzoek van [gedaagde] zal dan ook worden toegewezen.
4. De beslissing
De kantonrechter:
Wijst het verzoek van [gedaagde] toe en laat hoger beroep toe tegen het op 3 januari 2007 in het openbaar uitgesproken tussenvonnis.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.G. Vroom, kantonrechter, bijgestaan door de griffier en op 21 maart 2007 in het openbaar uitgesproken.